Mijn lijden heeft nut gekregen

Teus Lebbing is journalist. Ze schrijft, praat en denkt (graag) over groei, veerkracht & echte mensen. 
In de tijd dat ik Tzitzo magazine maakte interviewde ze mij en schreef ze mijn verhaal op. Dat deed ze heel treffend. Een versie van mijn verhaal waar ik nog steeds achter sta.

Lees het hier:

In stilte en diep lijdend, worstelde Mirte (38) zich jarenlang door de ratrace van school, studie en werk. Tot haar eigenwaarde zo knakte, dat ze geen andere uitweg zag dan de dood. Haar les? ‘Alleen door open te zijn over je wanhoop, kan er weer hoop ontstaan.’

 

‘Mijn lijden heeft nut gekregen’
‘Zo rond mijn dertiende liep ik vast. Ik was faalangstig, al kon ik prima leren, en kreeg steeds meer moeite om me staande te houden op school. Ik ontwikkelde dwanghandelingen om controle te kunnen houden. Kwam er bijvoorbeeld een proefwerk aan, dan moest ik mijn kamer volgens bepaalde telregels opruimen. Hoe spannender het leven, hoe extremer ik daarin werd.’

‘Zo worstelde ik me door het vwo heen: ik beet me vast in het leren en combineerde dat met controle- en ontladingsmechanismes, zoals anorexia en zelfmutilatie. Mijn ouders en zusje voelden wel dat ik in de knel zat, maar konden me niet bereiken. “Hoe kan ik het nou niet gezien hebben”, zegt mijn moeder nog steeds, “je was altijd zo’n vrolijk, sociaal kind”. Dat was ook de kant die ik de buitenwereld toonde, maar inwendig is mijn psychische kwetsbaarheid er altijd geweest. Ik kan me niet anders herinneren dan dat ik het leven met alle prestatiedruk ingewikkeld vond.’

‘De eerste grote crisis kwam op de Kunstacademie, die natuurlijk bol stond van de deadlines. Ik ging op kamers in Arnhem en leek het goed te doen, maar in wezen werd ik steeds depressiever en kreeg zelfs doodsgedachten. Ik ging naar een psycholoog, slikte medicijnen. School was een andere wereld en binnen de familie zwegen we over mijn problemen. Mijn oma had een psychische aandoening, ik hoorde hoe de omgeving over haar praatte.

 

“Ik schaamde me en voelde aan alles dat ik me beter stil kon houden”

 

‘Na mijn propedeuse lag ik een zomer op bed, ik was op. Maar mijn bewijsdrang was zo groot, dat ik me vermande en aan het tweede jaar startte; ik was niet te stoppen. Mijn ouders zagen me doordraaien en grepen in. Dat werd mijn eerste opname, eerst in een kliniek voor angst- en dwangstoornissen en daarna in een adolescentenkliniek. Beide opnames zijn achteraf zo schadelijk voor me geweest. Het was één grote overspoeling van medicijnen, waarbij ik allerlei labels kreeg opgedrukt; ik verloor alle grip, precies waar ik altijd zo bang voor was geweest. Dat jaar deed ik verschillende suïcidepogingen en kwam – al met al – slechter terug dan daarvoor. Toch hervond ik mijn strijdlust. Ik wist mijn diploma grafisch ontwerp aan de Kunstacademie in Maastricht te behalen. Maar ten koste van wat? Na al die jaren meedraaien in de ratrace van presteren, was ik mezelf compleet kwijt.’

 

Fuik
‘Mijn eetstoornis laaide in alle hevigheid op en ik maakte me zorgen om mijn toekomst. Met mijn diploma op zak wilde ik hoe dan ook van waarde zijn voor de maatschappij. Maar tijdens mijn eindstage merkte ik het al: het dealen met collega’s en ondertussen mooi werk afleveren kon ik niet aan. “Dan maar op zoek ik maar een simpel administratief baantje”, dacht ik. Toen ook dat me niet lukte, kelderde mijn eigenwaarde naar het absolute dieptepunt. Ik kwam terecht in een fuik die me naar de afgrond zoog en zag geen andere oplossing dan dat mijn leven op een pijnlijke manier moest eindigen. Ik stak mezelf in brand.’

‘Mijn poging om dood te gaan mislukte. In coma belandde ik in het brandwondencentrum; 40 procent van mijn lijf was derdegraads verbrand. Ik sta er nog steeds van te kijken hoeveel hulpverleners me bijstonden om me lichamelijk op te lappen, maar voor mijn psychische herstel was er niemand. 

 

“Nooit kreeg ik de vraag: ‘hoe kwam je eigenlijk tot deze wanhopige daad?’ Tien jaar lang ging ik kliniek in en uit, versuft van de medicijnen en zonder enig gesprek”

 

‘Tot ik in 2016 in contact kwam met het Expertisecentrum Euthanasie, waar ik me na de zoveelste mislukte suïcidepoging gemeld had. Om waardig te kunnen sterven wilde ik het nu goed doen. Tijdens de intake kon ik eindelijk mijn verhaal kwijt. Behalve het vrijuit kunnen praten, was het zo fijn om weer eens ergens de regie over te hebben. Mijn leven was al lang zo’n wanhopige toestand, en nu mocht ik zelf gaan nadenken over mijn dood. Wat ook scheelde, was dat mijn ouders en zusje me hierin steunden, hoe groot de impact voor hen ook was.’

 

Serieus genomen
‘De zomer van 2016 vierde ik wat in mijn hoofd mijn laatste verjaardag zou zijn. Na afloop bleven mijn zusje en haar vriend langer zitten, voor een extra cadeau, zo zeiden ze. Dat bleek een echofoto te zijn van het kindje dat zij verwachtten. Ik werd onbeschrijflijk geraakt: ik zou tante worden, ik kreeg een nieuwe rol in mijn leven! Het voelde alsof ik automatisch van waarde werd. Met de boodschap van mijn zusje gebeurde iets onomkeerbaars. Ik kon niet uit het leven stappen. Een dag later belde ik de psychiater van het Expertisecentrum en vertelde dat ik het euthanasietraject wilde afblazen. “We zullen het on hold zetten”, reageerde ze, “maar je kunt me altijd bellen om te vertellen hoe het met je is”. Die woorden “on hold” hebben me zo geholpen. Dat ik serieus genomen werd en de optie op euthanasie bleef houden, gaf me rust.’

‘Ik stopte met de medicijnen, werd helderder, ging afvallen en belandde in een instelling waarin de focus lag op normalisering. Het was de eerste plek in al die jaren waar ik mocht praten over de dag van de brand en mijn doodswens.

 

“Daar heb ik geleerd hoe het helpt om je verhaal te delen; dat je alleen door open te zijn over je wanhoop er weer hoop kan ontstaan”

 

‘En in plaats van me ertegen verzetten, ben ik gaan accepteren dat ik psychisch kwetsbaar ben. Dat ik niet fluitend door het leven ga, hoort bij mij. Nog steeds kan ik verlangen naar de dood, maar begrijp nu dat dat eigenlijk een verlangen naar rust is en dat ik dáárnaar op zoek moet. Ik maak keuzes die mij helpen om in balans te blijven. Ben ik bijvoorbeeld moe en snak ik naar een avond voor mezelf, dan zet ik zonder schuldgevoel een streep in mijn agenda. Door te investeren in rust en ontspanning, zorg ik voor mezelf, weet ik nu.’

 

Openheid
‘Ook helpt het me dat ik weet dat het Expertisecentrum Euthanasie er is. Dat ik me niet meer met de dood hoef bezig te houden, geeft me ruimte voor het leven, voor “gezonde” bezigheden. Zo ben ik een tijdschrift gestart over mentale gezondheid*, om de vooroordelen over mensen met een psychische kwetsbaarheid te verminderen. Ook praat ik als ambassadeur van “Samen Sterk zonder Stigma” op scholen en zorgbijeenkomsten over mijn ervaringen en benadruk hoezeer leed dat verborgen moet blijven, schadelijk is voor je herstel. Ik merk dat mijn oproep tot openheid aanslaat, ook bij hulpverleners. Dat ik mijn ervaringsverhaal kan inzetten om anderen te helpen, geeft me moed. Het voelt alsof mijn lijden nut heeft gekregen.’

Meer verhalen van Teus Lebbing vind je op: www.abrandnewstory.nl

Lees verder...

Chat openen
1
Vragen? Stel ze hier!
Ik heb een vraag!
Hoi, Studio Zondag hier! Kunnen wij je helpen?